Spreken voor de camera: 5 gouden tips

Klamme handen, stuntelige haperingen en een bonzend hart. Zelfs de meest ervaren sprekers kunnen nerveus worden van een camera die onverbiddelijk op hen staat gericht. Maar geen nood, er zijn manieren om je spreekvaardigheden te verbeteren voor de lens. Hieronder vind je 5 gouden tips om af te geraken van je nervositeit en met vertrouwen te spreken voor de camera.

1) Werk met keywords

Denk op voorhand na over wat je zal vertellen. Zorg ervoor dat je goed weet wat het doel wordt van de video en wie je doelpubliek is. Leer echter niet je volledige tekst uit het hoofd. De kans dat je alles precies zal vertellen zoals je het hebt neergeschreven is klein. Dat zal ervoor zorgen dat je de draad kwijt raakt. Hoe meer je zal proberen de initiële tekst aan te houden, hoe dramatischer het wordt. Houd daarom niet de volledige tekst, maar een aantal keywords in gedachten. Vat in je hoofd elke alinea samen in een drie- tot vijftal woorden zodat je weet over wat je het wilt hebben. Als alle keywords aan bod zijn gekomen in je uitleg, weet je dat het goed zit.

2) Blijf to-the-point

Mensen hebben nogal snel de neiging te veel te vertellen voor de camera. Ze willen zoveel mogelijk over een onderwerp kwijt en verliezen zich daarbij in onbelangrijke details. Daardoor is het antwoord op een vraag vaak veel te lang en verliest de kijker de essentie. Het wordt bovendien in montage moeilijker om je antwoord helder te krijgen. Blijf dus to-the-point om je verhaal interessant en doeltreffend te houden.

3) Fouten maken is niet erg

Alles meteen foutloos in one shot? Dat is weinig mensen gegeven. Zelfs ervaren sprekers struikelen al eens over hun woorden of moeten wat langer zoeken naar de juiste woorden. Weet dat niets definitief is wanneer je voor de camera spreekt. Er kunnen altijd nog nieuwe opnamen gemaakt worden. In montage kan er bovendien nog gecut worden en kunnen verschillende takes gecombineerd worden. Houd dit in gedachten en het zal je stress meteen doen afnemen.

4) Wees authentiek

Blijf kort bij je persoonlijkheid en spreek zoals je dat altijd doet. Te keurig praten of woorden gebruiken die je anders nooit in de mond neemt zal al snel fake overkomen. Wanneer je natuurlijk en oprecht spreekt, geloven de kijkers je veel meer. Doe dit wel zo goed mogelijk in het algemeen Nederlands. Vermijd dialecten of tussentaal, het kan onprofessioneel overkomen en je loopt het risico dat niet iedereen je begrijpt. Zie de camera of de interviewer als een professionele kennis waartegen je praat.

5) Elimineer afleiding

Hoe meer mensen je aan het werk zien, hoe moeilijker het wordt om rustig en geconcentreerd te blijven voor de camera. Collega’s die meekijken, voorbijgangers die je zien praten voor de lens, berichten op je telefoon die binnenkomen, … Het zijn allemaal factoren die het stressniveau aardig naar omhoog stuwen. Zoek dus een plek uit waar je zo weinig mogelijk gestoord wordt en schakel de stille modus van je smartphone in. Zo is er heel wat minder afleiding en kan je gefocust blijven op het interview.